Op bezoek bij Adriaan Raemdonck: “Er wordt veel verwacht van kunstenaars en galeriehouders.”
On november 29, 2020 by GwenBegin juli treffen we Adriaan Raemdonck in zijn galerie De Zwarte Panter in hartje Antwerpen. Adriaan is blij dat er na de lockdown opnieuw kunstliefhebbers over de vloer mogen komen, ook al is het met de nodige beperkingen. Hem interviewen is niet moeilijk, de honderden gedachten die door zijn hoofd en uit zijn mond flitsen in een tekst gieten, is echter wel een uitdaging. Hoe temper je immers het enthousiasme van een rasverteller met tweeënvijftig jaar kunstervaring op de teller?
Op sneakers, en met zijn welbekende optimisme, opent de vijfenzeventigjarige galeriehouder de deur. We waren hier eerder, en het doet deugd om hem en zijn vrouw Frieda in goede gezondheid terug te zien. Het lijkt alsof de crisis Fleur, wellicht een van de bekendste hondjes van Antwerpen, aanhankelijker gemaakt heeft. Ze volgt ons overal tijdens de rondleiding die Adriaan ons geeft. In de exporuimtes is men volop bezig met de voorbereiding van een nieuwe tentoonstelling. Stilzitten? Dat staat niet in het woordenboek van deze gedreven galeriehouder.
Mission impossible? Niet voor een man uit het Pajottenland
Kansen zien in crisistijden is ongetwijfeld een van de sterktes van Adriaan Raemdonck. Het was ook met deze ingesteldheid dat hij vanuit het Pajottenland richting Antwerpen trok om op 5 december 1968, als academiestudent, zijn Galerie De Zwarte Panter op te richten in de Wisselstraat. “Mijn daad werd op de nodige scepsis onthaald,” lacht Adriaan. “Toen ik eraan begon, zeiden critici dat het nooit zou lukken. En wanneer ik het tienjarige bestaan vierde, zei men dat het niet zou blijven duren.”
Op dat moment was de galerie al verhuisd naar de huidige locatie in de Hoogstraat: een historische site met middeleeuwse kapel, die zou uitgroeien tot een vaste waarde in de Antwerpse binnenstad, die tot op heden een belangrijke rol blijft spelen in het kunstenlandschap. Naast het houden van deze galerie vindt Adriaan bovendien nog tijd om zich als voorzitter van de BUP, de vereniging van de Belgische galeristen, in te zetten voor de sector. In deze hoedanigheid onderhoudt hij nauwe contacten met de overheidsdiensten en de Vlaamse Gemeenschap.
Geestelijk antidotum
Nog nooit is volgens Adriaan zoveel geschilderd als vandaag: “Onderwerpen die twintig jaar geleden not done waren, zijn opnieuw in. Ik kom uit de schildertraditie van Ensor, Brusselmans en Permeke. Toen ik met De Zwarte Panter begon, was het de periode van artistieke experimenten, vernieuwing en conceptualisme. Maar ik bleef in de eerste plaats geloven in de schilderkunst. Vlaanderen heeft altijd een rijke traditie aan schilders gehad. Antwerpen is bovendien altijd een avant-gardestad geweest met een weelderige galeriecultuur. Ik kon genieten van het beste van twee werelden.”
“Verzamelaars trekken zich in deze onzekere tijden op aan de schoonheid van hun kunstwerken. Jan Cox zaliger zei dat kunst het enige geestelijke materiaal is dat we hebben om niet waanzinnig te worden. Verzamelaars hebben door de quarantaine de kwaliteit van hun collectie opnieuw leren appreciëren. Begrijp me niet verkeerd. Er is voldoende kwaliteit, maar de lat ligt hoog wanneer ze iets willen aankopen.”
Adriaan licht toe dat je vandaag opnieuw het belang van de verzamelaar voelt: “Grote collectioneurs zijn enorm bepalend voor het reilen en zeilen in de kunstwereld. Zij staan vaak dicht bij musea en galerieën. Musea hebben te weinig middelen en daarom spelen de verzamelaars een belangrijke rol. Ze werken als incubatoren en als voorhoede voor de toekomstige topkunstenaars. Ze gaan voortdurend op zoek naar nieuw talent. Ik vind het echter spijtig dat sommige verzamelaars onvoldoende durf hebben. Ze betalen graag voor kunst, maar het moet de moeite waard zijn. Het is niet voor niets dat we aan de wereldtop qua kunstverzamelaars staan,” vertelt een enthousiaste Adriaan. “Kunst kopen blijft nu eenmaal een emotionele aangelegenheid. Gelukkig beschikken de meeste verzamelaars ook over het juiste artistieke buikgevoel.”
Gelukkige momenten
Elke generatie wordt getekend door haar tijd, brengt haar eigen kunst voort. Geheid zullen de huidige bijzondere tijden aan de basis liggen van nieuwe uitdagingen in het kunstenveld. We merken nu al dat mensen door de huidige coronacrisis meer digitaal moeten werken, terwijl de nood aan menselijk contact primordiaal blijft.
Op de vraag of Covid-19 het galerielandschap grondig zal hertekenen, moet Adriaan glimlachen: “Hoe mooi een werk ook digitaal gepresenteerd wordt, het zal nooit de ervaring van de presentatie in de galerie overtreffen. Een galerie blijft immers een broedplaats van creativiteit en discussie. Je kan werken online zien, maar een goede galerie stelt haar eigen palet van kunstenaars voor waarin ze gelooft. De galerie introduceert de kunstenaar bij het grote publiek en zo ontstaan vaak vriendschappen tussen kunstenaar en verzamelaar. In een volgend stadium – wanneer de kunstenaar al voldoende renommee geniet, zijn digitale kanalen zeker een meerwaarde.”
Er is volgens Adriaan één gouden regel: in het atelier praat je over het werk en de betrachting van de kunstenaar, bijna nooit over de financiële aspecten of andere beslommeringen: “Je bent immers getuige van de nieuwe werken in wording, en deze momenten vragen – wat mij betreft – stilte, respect en bewondering. Het zijn gelukkige momenten voor kunstenaar en galerist.”
Iedereen welkom
De Zwarte Panter is een laagdrempelige galerie. Fred Bervoets, die hier sinds het ontstaan kunstenaar aan huis is, noemt het dan ook terecht een galerie voor iedereen. Adriaans opgewektheid, no-nonsenseaanpak en talent om mensen met elkaar te verbinden zijn de ingrediënten voor een succesvolle cocktail.
Elke bezoeker is hier welkom, er zijn geen belemmeringen om hier even de kapel binnen te lopen om je nieuwsgierigheid naar nieuw werk te laven. Door zijn spontane benadering weet Adriaan als galeriehouder ook een jonge generatie aan te trekken. Hij voegt er zelf aan toe: “Wat ik vandaag fantastisch vind, is dat de galerie een goede verstandhouding heeft met alle generaties. In de kunstwereld zijn er geen twee mensen die hetzelfde denken. Ik heb respect voor mensen met een eigen mening, en daar blinkt de jonge generatie zeker in uit.” Kunst heeft altijd gefungeerd als een verbinding tussen mensen, om ze met elkaar te laten praten, te respecteren en onderling te connecteren.
Kunstenaar, begin in de kelder
Wat kunnen we nog leren van deze veerkrachtige éminence grise? “Begin in de kelder en tracht eruit te komen”, is zijn gouden advies voor jonge kunstenaars. “Tijd is belangrijk: veel jonge kunstenaars willen op korte tijd beroemd worden. Maar dat is natuurlijk niet iedereen gegeven. Kunstenaar zijn is een zware opdracht waaraan je elke dag moet werken en dit je leven lang.”
Tijdens zijn tweeënvijftigjarige galeriehouderschap bouwde Adriaan een palmares op met tentoonstellingen van kunstenaars zoals Jan Cox, Fred Bervoets, Dr. Hugo Heyrman, Michel Buylen, Tom Liekens, Nick Andrews en Jan Vanriet. “In heel deze periode hanteerde ik een belangrijke stelregel: ik exposeer alleen levende kunstenaars. Het leven gaat voor.”
En de panter, hij jaagt verder
Of Adriaan tijdens deze lange periode ooit ergens spijt van had? Hij is even stil. Denkt na. “Misschien over het feit dat kunst vaak nog enkel als financiële belegging wordt bekeken.” Maar hij nuanceert snel: “Het moet in de eerste plaats een emotionele belegging zijn, die een mogelijke verrijking van ons cultureel patrimonium vormt.”
Ons uurwerk meldt dat Adriaan reeds meer dan anderhalf uur aan het woord is. We beseffen dat we zelf amper iets hebben moeten vragen. Achter hem hangen werken van Vanriet, Heyrman, Ysbrant en Bervoets. Mappen puilen uit kasten. Zijn historische archief. Of hij daar al plannen mee heeft? “Ooit zal ik Parnassus moeten betreden. En moet dit gigantische archief dat ik opgebouwd heb, ergens ondergebracht worden. Ik ben alleszins blij dat het momenteel al druk geraadpleegd wordt door onderzoekers.”
In het woelige jaar 1968 opende De Zwarte Panter haar deuren in Antwerpen. We hebben ondertussen begrepen dat de bezieler nog lang niet van plan is om die deuren te sluiten.
Ontdek meer over de galerie: http://www.dezwartepanter.com/
Dit artikel verscheen tevens in #6 van TheArtCouch Magazine, waarin tevens meer dan 25 kunstenaars te ontdekken vallen. Bestel het hier!
Alles gelezen, wens Adriaan en Friede tesamen met Fleur nog heel veel succes.Schilder in olieverf zelf ook al zeventig jaar. Eerste lessen in de jaren vijftig van Jef Verheyen. Op pensioenleeftijd nog een tiental jaren academie met getuigschrift. Mijn werken overal in mijn huis in de Jakob Smitslaan in Mol en opgestapeld.
Bedankt Christiane voor jouw reactie! Het was mij een waar genoegen om Adriaan te mogen interviewen!
Nog veel succes met het schilderen en misschien is het tijd voor een tentoonstelling met al je werken?
Een eigen mening hebben, verbinding zoeken met mensen, met elkaar praten, respecteren en onderling connecteren via KUNST draagt bij tot “een wereld voor iedereen”!